Afscheid nemen.

Hooidonk 17 maart 2001 Door Pater Luc Versteylen


Verwelkoming door Leon:
Wij zijn hier vandaag samengekomen rond afscheid nemen.
'Afscheid nemen' moeten wij als chronische zieke, als chronische pijnpatiënt regelmatig. Dan weten wij dat wij het hebben over afscheid van onze manier van leven, van soms onze sociale omgeving, van ons werk, van mensen waarvan wij dachten dat het onze vrienden waren, van soms het knuffelen, van soms onze seksualiteitsbeleving en telkens is dat een stuk rouwen. Rouwen om datgene dat wij moeten loslaten, om datgene dat we moeten achterlaten. Ook onze levensgezel wordt hiermee geconfronteerd. Het is waarschijnlijk ook meer dan nuttig dat wij het hierover vandaag eens hebben. De werkgroep en vooral Mariëtte heeft daarom Pater Luc Versteylen uitgenodigd om ons in dit gesprek te begeleiden. Wij verwachten van hem, dat hij in zijn begeleiding rond rouwen ook het allerlaatste afscheid ter sprake zal brengen.
En Pater Versteylen vertelt: Eén van de sterkste mensen, die ik beroepshalve nogal goed ken, de Jezus van Nazareth, hoe sterk Hij ook was, kon het leven rondom Hem niet aan. En om die wereld toch aan te kunnen, heeft Hij zich laten omringen door:72 mannen en vrouwen die Jezus voorop gingen, Zijn 12 apostelen die bij hem bleven, Zijn 3 beste vrienden: Petrus, Jacobus, Johannes. Zo is het ook voor ieder van ons. Wij moeten mekaar omgeven.
Bijvoorbeeld: We laten ons hier omringen door een ruime groep van mensen die met elkaar begaan zijn (de 72).Straks komen we thuis en wordt de groep kleiner, maar misschien en hopelijk ook inniger ( de 12 ). Dan komen we bij elkaar (partner, goede vriend, …) echt verbonden met elkaar in de diepste geheimen van geluk en verdriet (de 3).
De tragiek van deze tijd is dat heel veel mensen geen kringen meer om zich heen hebben. Die omgeving zouden we voor elkaar moeten maken. Elkaar omgeven om het leven in deze wereld aan te kunnen want alleen kunnen we het niet. In deze wereld hebben we allemaal te maken met 3 dodende krachten: consumptie concurrentie prestatie Aan de hand van citaten uit zijn gekend boekje " Kartouchke " en door voorbeelden uit zijn eigen ervaringsleven te vertellen maakte Luc Versteylen ons duidelijk dat deze 3 dodende krachten ons echt geen goed doen. We kunnen er dan ook beter aan weerstaan als we ons omgeven weten. Laat je omgeven en wees omgeving voor elkaar. Ge zijt allemaal mensen die al hebben afscheid moeten nemen al van het ogenblik dat ge met de lepel de soep niet meer naar uw mond krijgt: dat ge moet afscheid nemen van het rustige soep eten. Dat is al afscheid nemen, dat doet al pijn.
En dan mensen die hun geduld verliezen door ons manier van doen omdat we niet kunnen helpen. Dat ge uw vrienden kwijt geraakt, die geen geduld genoeg hebben om dat te verdragen. Dat ge uw eigen hond niet meer kunt uitlaten: dat dat beest zegt: allé waarom gaan wij nooit niet meer buiten? Het leven zit vol afscheid omdat ge niet omgeven zijt: de ene omgeving na de andere valt weg. Er zijn zelfs getrouwde mensen die de allerliefste van hun omgeving verliezen, omdat die geen geduld heeft. Dat is de diepste pijn! Dat afscheid nemen, ik zou zeggen: daar wordt ge nooit aan gewoon. Ge wordt daar wel aan gewoon door mekaar nieuw te omgeven. Ge verliest vrienden, maar dan krijgt ge er soms andere bij. Ge had nooit vermoed dat die zo'n vriendschap voor U zouden kunnen opbrengen. We mochten verder luisteren naar enkele treffende en roerende getuigenissen uit het leven van de Pater. Over zijn manier van omgaan met leven en sterven, over zijn ervaring met begrafenisondernemers, verongelukte kinderen, ouders van verongelukte en gestorven kinderen, … dit alles doorweven met het verhaal van de 4 levens.
We moeten dikwijls afscheid nemen van dingen die we niet meer kunnen of niet meer alleen kunnen: daar kan ik niet meer naartoe, alleen eten gaat niet meer, mij alleen verplaatsen, mijn hobby, … Wat staat me nu nog te wachten? Het laatste afscheid. Dan is het helemaal gedaan; dan ben ik van alle miserie af! Amai, mensen, dat is een triestig vooruitzicht! Dan is het belangrijk dat je kunt terugvallen op mooie herinneringen, kleinigheden, momenten van geluk, momenten van intens geluk. Daarom: bewaar de mooie momenten, onthou ze, schrijf ze op. Op die momenten vervoelt ge wat U na de dood te wachten staat. Bij de dood sterft alles wat hindert, sterft alle pijn. Door de dood gaan alleen de geluksmomenten die je beleeft hebt. Na deze fijne humoristische en tevens diepe benadering van de dood sprak de Pater een betekenisvolle zegen uit naar ieder van ons.
Lieve, met dank aan Jacques voor het uittippen van de teksten.

Deze bijeenkomst heeft ook Pater L. Versteylen niet onberoerd gelaten.
Enkele dagen nadien lazen we in zijn tijdschriftje:
De pijn van binnen
Ik ben mogen gaan spreken voor 't LICHTPUNTJE, een groepering van pijnpatiënten,een voor mij een totaal-onbekende wereld.
Wanneer wij een paar uur bijvoorbeeld tandpijn hebben, dan vinden wij dat al ondraaglijk en zijn we maar wat blij er na een tijdje van verlost te zijn. Maar zo levenslang 24u op 24u ondraaglijke pijn te moeten lijden...
Ik betrad die namiddag met grote schroom hun eigenlijk heel liefdevolle wereld: elkaar vriendelijk omgevend zaten de meesten aan hun tafel, sommigen apart in hun wagentje, anderen lagen te bed vol verwachting keken ze me alvast de woorden uit de mond.
Het onderwerp was: 'afscheid nemen' want nog ondraagelijker dan de uitwendige pijn was voor hen de pijn van binnen:
AFSCHEID NEMEN
Wat moest ik hen zeggen? Hoe hen wat moed gegeven? Op het einde van mijn verhaal waar ze doorheen hun pijn soms in stilte, dan weer lachend, door hun pijn heen naar geluisterd hadden, dacht ik er goed aan te doen hen te zegenen:
Ik zegen deze ogen van jou, omdat je er nog lang onverblind je geliefden mee mag zien. Maar als de tijd gekomen is dat je met je nieuwe open ogen hen nog liever zou mogen zien, dan je ooit in dit leven hebt mogen doen.
Ik zegen deze oren van jou, omdat je er nog lang onverdoofd je gelievenden mee mag horen. Maar als de tijd gekomen is dat je met je nieuwe open oren hen nog liever zou mogen aanhoren, dan je ooit in dit leven hebt mogen doen.
Ik zegen deze mond van jouw, dat je er nog lang onverstomd mee mag spreken, lachen en lief zijn. Maar als de tijd gekomen is dat je met je nieuwe mond, je geliefden nog liever mag toelachen dan je ooit in dit leven hebt gedaan.
Ik zegen deze handen van je, dat je er nog lang ongehinderd mee moogt werken en strelen. Maar als je tijd gekomen is dat je met je nieuwe handen, je geliefden nog liever mag strelen dan je ooit in dit leven hebt gedaan.
Ik zegen deze voeten van jou, dat je er nog lang onverlamd mee moogt lopen. Maar dat wanneer ook onze tijd gekomen is om door de dood heen te gaan, je met je nieuwe voeten ons tegemoet mag komen, stralender, beweeglijker, lachender, luisterrijker, liever dan je ooit in dit leven bent kunnen en mogen zijn.
Zou ik hen zo wat moed hebben gegeven?
Versteylen Luc(overgenomen uit zijn tijdschrift van 19 maart 2001)